Vervolg op "Vonkjes van een heilig vuur"

Toelichting

Deze paginas zijn een vervolg op het eerder uitgegeven boekje "VONKJES VAN EEN HEILIG VUUR" Het zijn allemaal echt gebeurde verhalen. Het enige verschil met het boekje is dat Nellie de verhalen geschreven heeft. Als ooggetuige en medewerkster in het werk dat God ons te doen gaf.

Wij hebben het beleefd en genoten en de Heere gedankt en geloofd om Zijn grote daden. We vinden dat we deze gebeurtenissen moeten doorgeven aan anderen die nu leven. In een tijd waarin veel mensen (Christenen) niet meer zien dat God werkt, dat God naar mensen omziet. Ze aandacht geeft. Misschien mag het u bemoedigen.

"We verbazan ons telkens weer en... telkens ook meer....als we evangelisten horen vertellen hoe vreselijk zwaar en moeilijk hun werk toch wel is".
Er wordt gesproken over "ploegen op rotsen", over "harten die niet te verbreken zijn". Men zegt het gewoon: "De mens van vandaag wil God niet meer".
Wij hebben nu veertig jaar achter ons liggen met ervaringen in Nederland, België en Peru. En weet u wat onze conclusie is?
"God gaat door! Halleluja!"
Op deze pagina willen we steeds weer wat praktijk ervaringen aan u doorgeven. Net zoals we dat vroeger gedaan hebben in het boekje "Vonkjes van een heilig vuur". Enerzijds zullen dat ervaringen zijn van vroeger, zoals ze in het bovengenoemde boekje opgeschreven staan. Aan de andere kant willen we u ook graag laten meegenieten van belevenissen te lucht, ter land en ter zee..... In Peru. In Nederland. Hoog in de lucht in het vliegtuidg en waar dan ook.

 

Een paar nadenkertjes ter bemoediging

Wees trouw….

Annette Stùckelberger was nog heel jong toen ze hoorde van de verdrukte christenen achter het IJzeren Gordijn. Toen ze met haar studie op het gymnasium klaar was, begon ook zij Bijbels te smokkelen. Ze had een auto met allerlei geheime verstopplekken. Op een dag waren zij en een vriendin in een land waar ze Bijbels af zouden leveren. In het bos haalden ze de Bijbels uit de geheime verstopplaatsen. Plotseling kwam er een politie op hen af. Haar vriendin ging naar de politie toe en Annette begon de Bijbels te verstoppen. Opeens merkte ze dat het mistig rondom de auto was, zodat de politie niet kon zien wat ik aan het doen was. Toen alle Bijbels waren weggestopt, trok de mist op. God had een wonder gedaan. Annette vond het geweldig dit werk te doen en leerde hoe God Zijn kinderen beschermt en zorg draagt voor Zijn Woord

Wees trouw in het kleine! Volg je roeping…

 

NIET WELKOM…..?

VOOR WIE.....?

Die zondagmorgen kwam ze binnen. Een mooie slanke vrouw, eind de 20 schatte ik haar. Jan gaf haar een hand bij de deur, maakte haar wat wegwijs, reikte haar een Bijbel aan en gaf haar een plaats naast mij….
Ze vertelde me dat ze nergens rust vond, had al zeven mannen gehad….één doffe ellende.
Ik had met haar te doen…. Zo jong en zoveel nood.
Ze begon toen te lezen… op de eerste bladzijde van de Bijbel. Geboeid las ze, alles om haar heen vergat ze.
Toen Jan het votum uitsprak schrok ze op en vouwde haar handen. Daarna fluisterde ze me toe: “Dit heb ik nog nooit gelezen of van iemand gehoord, dit wist ik niet”.
Heel de dienst luisterde ze geboeid. Na de dienst sprak ze even met Jan en vertrok.
Een paar weken kwam ze trouw…. ze noemde haar naam niet, ook niet waar ze woonde.
Toen zagen we haar niet meer. We misten haar en ik probeerde haar op te sporen maar dat lukte niet…. Jammer….
Het kerstfeest met de Bijbelcursussen naderde. Dat was een happening waar gelovig en ongelovig welkom was. Dit was altijd een bijzondere avond. Iedereen in Tilburg werd voor die avond uitgenodigd via advertenties en folders.
Zou de onbekende vrouw de uitnodiging gezien hebben? Zou ze dan durven komen?
Ik wilde haar zo graag ook bij die avond hebben. We baden voor haar, of de Heere ze wilde brengen… En o, wonder… daar was ze…. Jan zag haar binnenkomen, op het nippertje.
Ze droeg een heel nauwsluitend pak. We waren zo blij haar te zien, want voor de Heere zijn we allemaal gelijk, wie we ook zijn en hoe ons leven ook geweest is of is. Maar…. één van de mensen, die altijd kwam, zag haar en liep met grote stappen op haar af. En nog voor een van ons beiden haar had kunnen begroeten had hij haar met barse stem verboden om in deze kleding hier te komen…. Ze rende weg…..
Jan liep haar nog achterna, maar helaas ze was in het donker verdwenen. En hiermee voorgoed verdwenen.
Zo ongelooflijk pijnlijk….
Onze houding ten opzichte van anderen is zo belangrijk. Stralen we iets uit van Christus? Van Zijn liefde voor zondaren? Van Zijn bewogenheid met gevallen mensen?
Hebben we iemand voor Christus gewonnen.?
Hebben we mede zondaars lief gehad en bij de Zaligmaker gebracht. Nooit hebben we haar meer gezien, nog altijd denk ik aan haar. Nu na meer dan 25 jaar zouden we haar nog willen spreken…. maar dat lijkt ons onmogelijk.
Een Joodse man zei eens: “De christenen hebben mij niet geleerd Christus lief te hebben”. Dat is een uitspraak die ons allemaal raakt.
“Hebben we iets goeds over God of over Jezus gezegd?”
Dat heeft met onze liefde en bewogenheid te maken, onze houding, onze liefde voor de naaste.
Jozef zei: “Ik zoek mijn broeders”. Hebben wij al gezocht naar onze ongelovige broeders en zusters?
In het Spreukenboek staat: “Red degenen, die ter dood gegrepen zijn; want zij wankelen ter doding, zo gij u onthoudt.
Wanneer gij zegt: Ziet, wij weten dat niet; zal Hij, Die de harten weegt, dat niet merken? En Die uwe ziel gadeslaat, zal Hij het niet weten? Want Hij zal den mens vergelden naar zijn werk”. Spr.24:11
In de herziene Statenvertaling: “Red hen die opgepakt zijn om te sterven, wee als u zich afzijdig houdt van wie wankelend ter slachting gaat. Wanneer u zegt: Zie, wij hebben dat niet geweten, zal Hij Die de harten toetst, dat niet merken?
Hij Die uw ziel gadeslaat, zal Híj het niet weten?”

 

U bent het licht der wereld.….
Jezus in Mattheus 5:14

Een klein kerkje ergens in Frankrijk draagt vol trots de naam: “Kerk van de brandende lampen”. Iedere zondag komen de mensen naar de kerk met een ouderwets olielampje bij zich.

Het dateert uit 1550.
Iedereen die zijn geloof belijdt krijgt van de kerk een lampje. De lampjes zijn eigendom van de kerk in bruikleen tot zijn of haar dood..
Al vierhonderd jaar gaan op deze manier de lampjes van hand tot hand. In de kerk worden ze aangestoken en op de brede leuningen van de banken gezet.
De gemeenteleden komen trouw naar de kerk omdat ze weten, dat het in de kerk donkerder wordt als de mensen thuis blijven.
Vind u het geen prachtig idee?
Wie zijn of haar geloof belijdt krijgt van de kerk een lampje…..
Maar…. Wie zijn of haar geloof belijdt, vandaag, 2014, krijgt van Jezus een lamp. Het is zijn of haar roeping om de lamp brandend te houden. Om zo, met zijn brandende lamp opgenomen in de gemeente van Christus licht te verspreiden.
Niet alleen in de gemeente, maart juist daarbuiten in de grote wereld. Die donkere wereld. Die geen licht heeft en in het duister voort dwaalt.
Als onze lamp ontbreekt wordt het in de kerk donkerder…. Maar ook in de wereld!

 

JIJ GAAT VOOR MIJ

Eén van onze werkers in Peru is een Indiaan met een ingrijpende levensgeschiedenis. Een geschiedenis die goed past bij het bovenstaande stukje dagboek.
Hij haatte God en hij haatte de Christenen met een heel bittere haat. Hij zei zelf: “Het liefst had ik ze allemaal gedood”.
Hij vertelde het volgende: “Op een nacht kwam in de droom een man naar hem toe. Ik zag gelijk dat het Jezus was. Jezus zei: Ik ken je Alejandro. Ik weet dat je me haat en dat je Mijn broeders haat….. Ik liet me op de grond vallen aan Zijn voeten. Ik dacht dat ik ging sterven”. (Zijn vrouw vertelde later dat zij ook dacht dat hij stierf. Ze durfde hem niet aan te raken) Verder met het verhaal van Alejandro: “Toen pakte Hij me op en liet vanuit de hoogte de wereld zien. Het was één donkere zwarte massa. Iets waar ik angstig van werd. “Dat is de wereld Alejandro. Kijk eens goed”. En toen ik goed keek zag ik kleine lichtjes. Hoe langer ik keek hoe meer ik er zag. Jezus zei: “Dat zijn Mijn gemeenten. Dat zijn de lichtpuntjes van de wereld. De lichtpuntjes in de stikdonkere nacht van het mensenbestaan. Alejandro, jij gaat die gemeenten dienen”.
Toen hij wakker werd was er maar één ding voor hem: “Een Bijbel, hoe kom ik aan een Bijbel? Hier diep in de jungle?
Hij heeft niet gerust voor hij er één had. Ging contact zoeken,. Volgde een paar cursussen en ging op pad. Wij kennen hem nu vier jaar. Het werk dat hij verzet is geweldig. Tientallen gemeente heeft hij mogen stichten diep in de jungle.
Zo gaat de Heere God door met Zijn vonken te verspreiden!
Looft de Heere, want Hij is goed!

 

Volgende verhaal